Aan het begin van de jachtdag geeft de jachtmeester zijn instructies
De eigenlijke jachtdag wordt geopend met het signaal “Reveille” (Das hohe Wecken) Nadat de jachtheer aan alle verzamelden een woord van welkom heeft uitgesproken, spreekt hij de hoop uit dat iedereen zich strikt aan de veiligheids- en weidelijkheidsregels houdt en deelt hij de jagers nu mede op welk wild er deze dag gejaagd mag worden. De jachthoornblazers blazen nu de” Begroeting”. (Die Begrussung).
Nu neemt de jachtmeester of jachtopzichter het woord en nodigt het gezelschap uit naar het jachtveld te gaan. Hier worden de eerste “driften uitgezet en krijgen drijvers en hondenmensen hun instructies. Dit alles wordt voorafgegaan door het signaal:
“Op naar het jachtveld”. (Aufbruch zur Jagd).
Vervolgens wordt de Drift aangeblazen” (Anblasen des Treibens).
Nu, en alleen nu mogen de geweren geladen worden.
Het beëindigen van elke drift wordt met een signaal: Einde drift”. (Abblasen des Treibens, Hahn Im Ruh), aangekondigd. Terstond moeten alle geweren ontladen en “gebroken’ worden, ten teken dat het vuurwapen buiten gebruik is. Wanneer tegen het middaguur de tot dat tijdstip geplande driften achter de rug zijn, klinkt het signaal: “Het verzamelen van de jagers”. (Das Sammeln der Jâger). Tijdens de middagpauze domineren hier de dames
De jachtheer nodigt nu iedereen uit om samen met hem, meestal op een met “smaakvol groen” versierde locatie, een eenvoudige edoch stevige maaltijd te nuttigen, waarbij een hartversterkinkje natuurlijk niet mag ontbreken.
Het signaal: “Uitnodiging aan tafel,” (Zum Essen), wordt dan ook vrijwel altijd met instemming begroet.
Het laatste eerbetoon midden in “zijn revier”
Na de middagpauze wordt de jachtdag voortgezet op identieke wijze als in de ochtenduren. Tijdens een drift kan het onverhoopt gebeuren dat een stuk wild “ziek wordt geschoten, dat betekent dat het wild wel is geraakt, maar blijkbaar niet voldoende om het ook daadwerkelijk “binnen te krijgen. Het is de absolute plicht van iedere weidelijke jager om alles in het werk te stellen ‘ziek geschoten wild” alsnog op te sporen en te bemachtigen.
Via het signaal: “Roep om de hond’, (Hunderuf), worden de hondenmensen aan het werk gezet, waarbij het iedere keer weer een lust voor het oog Is om een dergelijke getrainde hond te zien werken op het wildspoor. Is tenslotte alle wild verzameld, wordt er om een wildwagen gevraagd om de oogst’ van die dag te vervoeren naar de plek waar het wild de laatste eer wordt bewezen. Al ras klinkt dan ook het signaal: “Roep om de wagen” (Wagenruf) Op een idyllische plaats, versierd met stukjes groen uit bos en veld wordt door de jachtopzichter het “tableau” van die dag uitgelegd.
Het tableau is uitgelegd.
Het geschoten wild wordt op de rechterkant gelegd. soort bij soort en volgens een bepaalde rangorde, met het hoofd naar de jachtheer toe.
Achter de jachtheer posteren zich de geweren en aan de overkant staan de jachthoornblazers, drijvers en de hondenmensen.
Nu zetten de jachthoornblazers het signaal: Tableau uitleggen”, (Wildablegen) in.
Met gepaste trots toont het jachtgezelschap de oogst van die dag.
De misschien wel meest edele trek in het gedrag van de Weidelijke jager, uit zich in zijn verlangen om het geschoten wild de laatste eer te bewijzen.
Deze achting voor het wild komt o.a. tot uitdrukking in het verbod om over het tableau heen te stappen, het met respect behandelen van het wildbraad en het blazen van diverse “Doodsignalen’, (Tocisignale).
De volgende rangorde wordt aangehouden:
GROFWILD:
“Hert dood” (Hirsch tot)
“Damhert dood” (Damhirsch tot)
“Wildzwijn dood” (Sau tot)
NEDERWILD JACHT:
“Ree dood” (Reh tot)
“Vos dood (Fuchs tot)
“Haas dooe’ (Hase tot)
“Konijn dood’ (Kaninchen tot)
“Fazant dood” (Fasan tot)
“Overig vliegwild dood”(Flugwild tot)
De “blazende ” jagers verzorgen de laatste jachtsignalen
Na afloop van deze aangrijpende ceremonie welke door iedereen als een waardige en stijlvolle afsluiting van de jachtdag wordt ervaren, bedankt de jachtheer elkeen voor zijn inzet en betoonde belangstelling.
Het allerbelangrijkste is echter dat hij met tevredenheid kan constateren dat iedereen zich correct, dus weidelijk, heeft gedragen en de vereiste veiligheidsregels in acht heeft genomen. Nadat ook eventuele gastsprekers het woord hebben gevoerd wordt het allerlaatste signaal van deze dag geblazen nI.: “Jacht voorbij – Halali” (Jagd verbej – Halali)